Listing 1 - 10 of 25 | << page >> |
Sort by
|
Choose an application
Zelfmoord ; preventie --- zelfmoord --- 314.424.2 --- Zelfmoord (suïcide , zelfdoding) --- Suïcide. Zelfdoding --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding
Choose an application
Meer dan ooit staat het terugdringen van suïcide en het behandelen van suïcidaal gedrag op de agenda van de Geestelijke Gezondheidszorg. Het leed van hen die zo hun leven beëindigden en dat van hun nabestaanden is groot. Ondanks alle inspanningen op het gebied van suïcidepreventie laten de cijfers in Nederland sinds 2007 een sterke stijging zien. Dit boek richt zich op het verbeteren van de behandeling van suïcidaal gedrag en het voorkomen van suïcide om deze cijfers te laten dalen. Behandeling van suïcidaal gedrag in de praktijk van de GGZ is een praktisch boek dat antwoord geeft op vragen als: Wat moet je als hulpverlener doen bij mensen met suïcidewensen of -plannen? Hoe herken je suïcidaliteit, hoe breng je het risico in kaart, hoe kun je de suïcidale motivatie begrijpen, waarop richt je de behandeling, hoe ziet een veiligheidsplan eruit en wie betrek je daarbij? De onderwerpen die aan bod komen variëren van systematische risicotaxatie bij dreigende suïcidaliteit tot de behandeling van de chronisch suïcidale patiënt. Het boek biedt handvatten voor de opvang van suïcidale patiënten en de hulp aan nabestaanden van een suïcide. Daarbij wordt aandacht besteed aan suïcidaliteit bij mensen met verschillende soorten problematiek zoals verslaving, persoonlijkheidsstoornissen evenals ouderen met een doodswens. Praktische methoden als cognitief-gedragstherapeutische interventies, interventies vanuit de dialectische gedragstherapie en de aanpak van dwangmatig piekeren over zelfdoding worden uitgebreid behandeld. De praktische benadering wordt kracht bijgezet door gevalsbeschrijvingen, behandelprotocollen en interview- en beoordelingsschema's. Behandeling van suïcidaal gedrag in de praktijk van de GGZ is de praktische uitwerking van de Multidisciplinaire Richtlijn voor de Diagnostiek en Behandeling van suïcidaal gedrag. Het is bedoeld voor hulpverleners in de Specialistische Zorg: psychiaters, artsen en klinisch-psychologen, psychotherapeuten en GZ-psychologen, sociaalpsychiatrisch verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten, maar is ook geschikt voor hulpverleners in de basiszorg, huisartsen en hun praktijkondersteuners. Het leent zich uitstekend voor opleiding en nascholing, cursussen en trainingen. .
Psychiatric nursing --- Psychiatry --- psychiatrie --- psychiatrische verpleegkunde --- zelfdoding --- klinische psychologie --- preventieve psychotherapie --- PXL-Healthcare 2017 --- geestelijke gezondheidszorg --- zelfmoord --- behandelingsmethoden --- Zelfmoord (suïcide , zelfdoding) --- 314.424.2 --- Suïcide. Zelfdoding --- hulpverlening --- Geestelijke gezondheidszorg --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding
Choose an application
314.424.2 --- #GBIB:CBMER --- 179.7 --- 614.253.8 --- 342.721 --- Hulp bij zelfdoding --- Hulpverlening --- Zelfmoord (suïcide , zelfdoding) --- #GGSB: Bio-ethiek --- Suïcide. Zelfdoding --- Professional ethics. Deontology --- Bio-ethiek --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding
Choose an application
Over suïcide (zelfdoding) bestaat reeds een grote hoeveelheid literatuur. Deze publicaties zijn voornamelijk geschreven door wetenschappers als psychologen, psychiaters en sociologen. Verpleegkundigen, en vooral zij die in psychiatrische ziekenhuizen werken, krijgen vaak te maken met gevallen van dreigende suïcide. Zij kunnen hun voordeel doen met deze publicatie, die handelt over de relatie tussen de persoon in een suïcidale crisis en de verpleegkundige hulpverlener. De schrijvers maken vooral duidelijk hoe complex de problematiek kan zijn die tot een suïcidale crisis leidt. Gezien de moeilijkheid van de materie mag van deze publicatie niet verwacht worden dat zij pasklare oplossingen biedt. De waarde van deze studie ligt hierin dat verpleegkundigen kennis over de achtergrond van suïcide wordt aangeboden en dat zij worden aangezet tot nadenken over de eigen mogelijkheden van verpleegkundige hulpverlening.
Gezondheidszorg --- Psychiatrie --- Soins de santé --- #GROL:SEMI-253:393 --- 314.424.2 --- Psychiatrische verpleegkunde --- Zelfmoord (suïcide , zelfdoding) --- Suïcide. Zelfdoding --- Psychiatry --- 606.3 --- psychiatrische verpleegkunde (gez) --- zelfdoding (gez)
Choose an application
314.424.2 --- Hulp bij zelfdoding --- Psychiatrische patient (chronische psychiatrische patiënt) --- Suïcide. Zelfdoding --- 607.5 --- zelfdoding --- psychiatrie --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding
Choose an application
De confrontatie met suïcide van een persoon uit de naaste omgeving is voor elk individu een schokkende ervaring, zeker als het familie of vrienden betreft. Maar hoe zit het met personen die tijdens hun werk met suïcide te maken krijgen? Welke impact heeft dat? Bestaat er onder hulpverleners zoiets als rouw om een door suïcide overleden patiënt? Hoe vang je medewerkers op? Moet iedere hulpverlener die te maken krijgt met suïcide van een patiënt standaard een opvangtraject in? Is het voldoende om een zakelijk protocol af te werken of is er meer nodig?Het boek opent met een 21-tal interviews met personen uit verschillende disciplines binnen de GGz die beroepshalve te maken hebben (gekregen) met gevallen van suïcide. Zij vertellen open en eerlijk over de opgedane ervaringen en over de impact die de gebeurtenissen hadden en hebben op hun dagelijks leven, zowel binnen als buiten de werksfeer. De uitgave vervolgt met een aantal beschouwingen over zaken als rouwverwerking, trauma en impact en over de opvang en begeleiding van personen die beroepsmatig met suïcide te maken krijgen. In een afsluitend hoofdstuk komt de auteur met conclusies en aanbevelingen, met daarbij speciale aandacht voor het door hem zelf ontwikkelde KKC-model, dat moet voorkomen dat een confrontatie met de suïcide van een patiënt aanleiding geeft tot psychische klachten
psychiatrische centra --- Philosophical anthropology --- zelfdoding --- Psychiatry --- psychiatrische verpleegkunde --- geestelijke gezondheidszorg --- Psychiatric nursing --- coping --- 314.424.2 --- Zelfmoord (suïcide , zelfdoding) --- zelfmoord --- Zelfdoding (suïcide, zelfmoord) --- Geestelijke gezondheidszorg --- Zelfdoding --- Zelfmoord --- 607.44 --- Suïcide. Zelfdoding --- Hulpverleners --- Psychosociale problemen --- Trauma --- Rouwen --- Verliesverwerking --- GGZ (geestelijke gezondheidszorg) --- Hulpverlener --- Psychosociaal probleem --- Psychotrauma --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding
Choose an application
Cliënten die suïcidegedachten hebben, zijn meer bezig met overleven dan met dood willen. Dat is een essentieel uitgangspunt in dit boek. Het boek behandelt de te doorlopen stappen voor professionals in de hulpverlening. Centraal staat het in gesprek zijn met een (mogelijk) suïcidale cliënt. Onder meer gaat het om signalen opvangen inzake gedachten over uitzichtsloosheid en de wens tot levensbeëindiging, deze klip en klaar bespreekbaar maken en vervolgens tot een actieplan komen dat gedachten aan zelfdoding minstens opschort. De hulpverlener zal hierbij verantwoordelijkheid op zich nemen en directief optreden. Naast gesprekselementen per stap in het gesprek met de suïcidale cliënt, reikt dit boek in kaderteksten enige aanvullende informatie en daarnaast stof tot nadenken aan. Deze teksten zijn bedoeld ter ondersteuning van het uitgangspunt dat preventie van zelfdoding in de hulpverlening een groot goed is. Paul van Hoek was lange tijd werkzaam als sociaal-psychiatrisch verpleegkundige. Hij is thans vooral werkzaam als trainer en docent. Frans Brinkman was eveneens sociaal-psychiatrisch verpleegkundige, trainer en docent. Hij is onder andere auteur van het boek 'Individuele gespreksvoering'.
Zelfdoding. --- zelfdoding --- Psychiatry --- dood --- departement Gezondheidszorg 11 --- zelfmoord --- hulpverlening --- Zelfmoord --- Gespreksvoering --- Communicatie --- Hulpverlening --- Preventie --- Provincie West-Vlaanderen --- 314.424.2 --- 606.3 --- psychiatrie --- geestelijke gezondheidszorg --- Zelfmoord (suïcide , zelfdoding) --- suïcidaliteit --- 328.9 --- communicatie (leesbaarheid) --- patiënt-therapeut-relatie --- patiëntenbegeleiding (patiëntenvoorlichting) --- zelfdoding (suïcide, zelfmoord) --- Suïcide. Zelfdoding --- psychopathologie, psychiatrische ziektekunde, neurosen, psychosen, oorlogssyndromen en verslavingsziekten --- (zie ook: informed consent) --- Affective and dynamic functions --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding --- Psychology --- preventiebeleid
Choose an application
Jaarlijks sterven er gemiddeld tussen de 120 en 140 jongeren onder de 25 jaar aan zelfdoding. Bovendien hebben zo'n 3000 jongeren medische hulp nodig na een poging. Hoeveel jongeren daarnaast vertwijfeld aan het spoor staan om toch weer huiswaarts te keren, of eindeloos piekeren over zelfdoding, weten we niet. Wat we wel weten is dat de dreiging van suïcide een grote wissel trekt op de jongeren zelf, hun ouders, familie, vrienden, klasgenoten en leerkrachten. In het boek wordt helder uiteengezet hoe deze jongeren en hun gezinnen behandeld moeten worden. Daarbij steunt het op twee belangrijke pijlers: kennis van de suïcidale ontwikkeling bij jongeren en de context van het gezin.
Psychiatry --- psychotherapie --- zelfverminking --- zelfdoding --- psychofarmaca --- psychodiagnostiek --- gezinstherapie --- jeugdpsychotherapie --- 179.7 --- 314.424.2 --- Gezinnen --- Jeugdhulpverlening --- Zelfdoding ; jongeren --- Suïcide --- Zelfdoding --- Jongeren --- 418.7 --- Zelfdoding (Zelfmoord) --- Zelfmoord (suïcide , zelfdoding) --- Jeugd --- 179.7 Eerbied voor het menselijk leven. Moord. Zelfmoord. Euthanasie. Foltering --- Eerbied voor het menselijk leven. Moord. Zelfmoord. Euthanasie. Foltering --- Suïcide. Zelfdoding --- Psychologie van leven en dood --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding --- Affective and dynamic functions --- jeugd --- preventiebeleid
Choose an application
Nederland kent internationaal gezien een laag suïcidecijfer, namelijk 1.500 suïcides per jaar. Toch is elke suïcide er een te veel. Met dit boek willen de auteurs een bijdrage leveren aan de terugdringing van suïcides. Suïcidepreventie in de praktijk richt zich primair op wat je moet doen: welke vragen stel je, hoe stel je ze, wanneer en aan wie, hoe zorg je voor continuïteit, waar moet je op letten etc. De onderwerpen variëren van de onderkenning van suïcidale jongeren op school tot de behandeling van de chronisch suïcidale patiënt. Er worden preventief georiënteerde programma's beschreven, handvatten geboden voor de opvang van suïcidepogers in het ziekenhuis en crisisinterventie, maar ook de hulp aan nabestaanden van een suïcide komt aan bod. Ook besteden de auteurs aandacht aan specifieke groepen zoals verslaafden, mensen met een persoonlijkheidsstoornis en ouderen met een doodswens. Daarnaast behandelen zij praktische methoden als cognitief-gedragstherapeutische interventies, interventies vanuit de dialectische gedragstherapie en de aanpak van dwangmatig piekeren over zelfdoding. Dit praktijkboek bevat vele gevalsbeschrijvingen.
preventieve gezondheidszorg --- zelfdoding --- Social problems --- Social psychology --- 314.424.2 --- #KVHB:Zelfmoord --- preventie --- zelfmoord --- 418.7 --- cognitieve therapie --- gedragstherapie --- persoonlijkheidsstoornissen --- psychiatrie --- Zelfmoordpreventie (suïcidepreventie) --- 328.9 --- cognitieve gedragstherapie --- zelfdoding (suïcide, zelfmoord) --- Suïcide. Zelfdoding --- Psychologie van leven en dood --- PXL-Healthcare 2016 --- psychopathologie --- Zelfmoord --- Preventie. --- PXL-Ebooks --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding
Choose an application
Mensen die iemand aan de dood verliezen, zijn overwegend lange tijd overgevoelig. Dat geldt zeker als iemand te maken krijgt met de suïcide van een geliefde. De vader die dit boek schrijft over het leven en de suïcide van zijn jonge dochter, geeft een duidelijk inzicht in de zwaarte van zo'n verlies. Het belangrijkste in dit boek is overigens de brief, die hij tegen het einde aan zijn overleden dochter schrijft. Hij vertelt daarin over zijn dilemma (het dilemma van veel ouders ten opzichte van hun adolescente kinderen: grote bezorgdheid en toch vrij willen laten). Hij ervaart de depressie, waarin zijn dochter telkens opnieuw terecht komt, doet wat hij kan om haar zijn liefde te tonen en haar te helpen, maar wil zich toch niet bemoeien met haar handelen en beslissingen. Dat resulteert in piekeren over schuldgevoelens. En tenslotte, na veel onderzoekingen, ontdekt hij dat ook de professionele hulpverleners heel wat fouten hebben gemaakt bij de begeleiding van zijn dochter. Een confronterend verhaal. © NBD Biblion
Zelfmoord ; preventie. --- 364.27 --- 314.424.2 --- 394.8 --- 394.8 Zelfmoorden. Zelfdoding. Harakiri --- Zelfmoorden. Zelfdoding. Harakiri --- 364.27 Psychologische en sociopsychologische maatschappelijke problemen. Afwijkend gedrag. Verslaving. Zelfdoding --sociale zorg --- Psychologische en sociopsychologische maatschappelijke problemen. Afwijkend gedrag. Verslaving. Zelfdoding --sociale zorg --- Suïcide. Zelfdoding --- 314.424.2 Suïcide. Zelfdoding
Listing 1 - 10 of 25 | << page >> |
Sort by
|